Dit verhaal is van mevrouw Wessel-Schmidt. Zij vertelde dat haar vader Joods was, en haar moeder niet. Over haar paspoort waarin stond dat ze 35% Joods was, maar ze wilde zo graag 100% Joods zijn, net als haar vader. Over de suikerbieten die haar opa in de koffiemolen maalde om er pannenkoeken van te bakken. Over de honderden gedichten die ze voor en over haar vader schreef nadat hij op 2 februari 1943 in Auschwitz overleed. Over het bombardement. Over de kleurwedstrijd die ze vlak voor de oorlog begon had gewonnen. Ze won een hele grote doos potloden waar ze heel zuinig op was, ze had er zelfs nog niet mee getekend. Na het bombardement ging ze met haar moeder terug naar het huis, om wat schone kleding op te halen. Maar er bleek niks meer van het huis over te zijn. Ze heeft gezocht naar haar doos kleurpotloden, maar alles was verwoest. Wat ze wel vond was het suikerschepje. Alles was weg, behalve het suikerschepje. Toen ze het vond heeft ze staan dansen. Met dat suikerschepje in haar hand. Op die verbrande berg. Ze noemde het een moment waarop verdriet en geluk heel dicht bij elkaar lagen.
Je kan met dit gedicht nog alle kanten uit. Het kan door één iemand worden voorgedragen, of verdeeld over meerdere mensen. Je kan het op beweging zetten of juist zelf stilstaan tijdens de tekst, maar mensen om je heen laten bewegen. Je kan de tekst opnemen en af laten spelen terwijl je danst of je kan het vertellen en ondertussen huis bouwen van suikerklontjes. Zoek naar de wrijving tussen de kinderlijke onbevangenheid en het volwassengemis: hoe kan je beide dingen in de scène laten zien?
ACTEUR | Je danst Je toont me trots je suikerschep Je schat Van woorden over toen Je danst Omdat je dansen kan Of dansen moet Op zwart as Die ooit de bank Die ooit de plant Die ooit de doos met fijne kleuren Was Je danst Omdat je dansen kan Of dansen mag De zwarte as waar je op staat is in je hoofd voortaan de schoenen van je vader die je dragen als je voor het slapen nog even met hem door de kamer danst Danste Toen Je danst Omdat je dansen kan Of dansen moet Of dansen mag Je lacht Je noemt je vrij Je zegt dat dit precies is hoe het hoort te zijn Ik antwoord: fijn En zeg maar niet dat je niet ziet dat je nog altijd in je hoofd met je geschiedenis gevangen zit |
In mei 2015 speelde de voorstelling ‘Suja suja Rotterdam’ in Rotterdam (regie: Els van der Jagt en Sara Giampaolo – productiehuis: Maas Theater en Dans). De voorstelling speelde in Park 1943 te Rotterdam. Dit gedicht is geïnspireerd op de gesprekken met mevrouw Wessel-Schmidt en op haar gedichten. Uiteindelijk haalde het gedicht de voorstelling niet. Het verhaal van de suikerschep en de gedichten van mevrouw Wessel-Schmidt kwamen wel terug in de voorstelling ‘De honden lusten er geen brood van’ (regie: Lizzy Hennequin, Jeroen van der Heijden, Pleun Peters en Imane Dafer – productiehuis: Maas Theater en Dans). Zij nodigden mevrouw Wessel-Schmidt in 2017 opnieuw uit om haar verhaal te komen vertellen.