Dit verhaal is van mevrouw Pardini (1940) uit Sant’Anna di Stazzema, het dorp naast Montignoso. Op 12 augustus 1944 werden vijfhonderdzestig inwoners (waarvan honderddertig kinderen) van Sant’Anna di Stazzema in het dorp in rijen tegen een muur gezet en neergeschoten, of in schuren en kelders bij elkaar gedreven en met granaten vermoord. Daarna werd het dorp in brand gestoken. De afslachting was een straf door de SS voor het Italiaanse verzet in de bergen. In totaal duurde het drie uur. Na afloop aten de soldaten boterhammen onderaan de brandende berg. Een aantal kinderen wist te ontsnappen. Mevrouw Pardini was een van die kinderen. Ze vertelde over die dag, over schuld en onschuld en over jezelf redden – ook als je benen daar eigenlijk nog niet lang genoeg voor zijn.
Onderstaande tekst is een monoloog. Je kunt hem ook door twee of meer mensen uit laten voeren. De tekst is best zwaar. Je kunt ervoor kiezen de scène zo simpel mogelijk te houden. In de voorstelling was het een meisje zittend op een stenen muurtje die het heel naturel vertelde, echt als een herinnering. Maar je kunt ook spelen met het gegeven van de kijkhoogtes die steeds benoemd worden in de tekst. Misschien moet je publiek wel zittend op de grond omhoog kijken, of zit het publiek zelf op een muur en kijken ze naar beneden. Of misschien wordt de tekst door meerdere mensen tegelijk bij publiek in het oor gefluisterd
ACTEUR | De billen van mama De oren van de hond De knoppen van het gasfornuis De puntjes van het hek van de wei De vlechten van mijn zusje De glazen toonbank met de broden Het kruisje naast de schouw De billen van mama Dat kan ik met mijn kleine benen recht voor mijn neus zien De rest van de wereld is nog te hoog Te groot Maar dit is precies hoog genoeg Maar het liefst kijk ik omhoog Naar de lucht en de berg die zo mooi tegen de lucht afsteekt De billen van mama De groene knieën De zwarte handvatten De natte wangen van mijn buurjongen De deurklink van het houten deurtje De vlechten van mijn zusje De billen van mama Ik kijk omlaag Naar mijn schoenen Niet naar de lucht Niet omhoog kijken We staan in een rij tegen de muur aan de rand van het dorp Achter de muur begint het bos Mama, ik, mijn zusjes, mijn broer, mijn nieuwe zusje in mama’s armen, De buurvrouw, de buurjongen, de mevrouw met de lieve hond Ze schieten Eerst hoog Eerst de lange benen Ik sta achter de billen van mama Mama valt Tegen de houten deur met de deurklink De deur valt met haar open Mijn zus met de vlechten trekt mij door de deur Ze schieten laag We vallen Niet op de grond, maar door de deur Ik zie grond, groen, stenen, struiken, wortels onder mijn voeten voorbijschieten En dan moeten we wachten Heel lang Urenlang Ik weet niet hoe lang Het is avond Ik kijk niet omhoog maar alles om mij heen is donker Ik hoef niet omhoog te kijken om het donker te zien We lopen terug Door de deur Ik wil niet door de deur Ik trek aan de vlechten van mijn zus Zij trekt mij toch die deur door We moeten over mama en mijn nieuwe zusje heen stappen Maar het lukt niet Mijn kleine benen zijn te kort Dus ik stap niet maar ik klim Over de billen van mama En vanaf dan ben ik te groot voor hoe klein mijn wereld nog is |
In 2019 speelde de voorstelling ‘Nella mia valigia (In mijn koffer)’ in Carrara (regie: Antonio Bertusi en Sara Giampaolo – productiehuis: Teatrante Errante). De voorstelling speelde in het verzetsmuseum op een bergtop van Montignoso, uitkijkend over Carrara. Er is online veel te vinden over dit dorp en over het verhaal van mevrouw Pardini. Op de top van de berg van het dorp, wat inmiddels een museum is geworden, staat een standbeeld van haar moeder.