Categorieën

Ik ben een plaaggeest

Thema's: Identiteit, Na de Tweede Wereldoorlog, Nederlands-Indië, Uitsluiting (racisme en discriminatie), Voormalige koloniën

Locatie: Amsterdam, Indonesië

Door: Jelle Zijlstra

Dit verhaal is van Merapi (1947). Ze werd geboren op het eiland Java. In 1951, in de periode na de koloniale oorlog, vluchtte Merapi met haar ouders per schip naar Nederland. Bij aankomst werd ze geconfronteerd met kille bureaucratie en racisme.

PERSONAGESVERTELLER 1
VERTELLER 2
VERTELLER 3
VERTELLER 4

VERTELLER 1 praat rustig tegen het publiek en probeert het gepest van de anderen te negeren. VERTELLERS 2, 3 en 4 mogen VERTELLER 1 onderbreken, pesterig en irritant

VERTELLER 1Mij is altijd
een soort afkeer jegens mijn roots aangepraat
Daar werd altijd heel geheimzinnig over gedaan
Ik was daarnaast ook
de enige persoon van kleur op mijn school
VERTELLER 2Poepchinees
VERTELLER 1Ja dan werd ik dus wel eens uitgescholden…
VERTELLER 3Poepchinees!
VERTELLER 1Ik weet ook nog dat ik
een jaar of zeven, acht was
VERTELLER 4Poepchinees!

Stilte

VERTELLER 1Ik was dus een jaar of zeven, acht
En jongetjes van mijn school
duwden me zo
met mijn gezicht
in de hondenpoep
VERTELLER 2 en 4Maakt toch niet uit
Jij bent toch al bruin
Poepchinees
VERTELLER 1Tsja…
Zo ging dat…
Toch wel jammer hoor…
Die mentaliteit
Die koude ontvangst op de kade in Rotterdam
Daar begon het al
VERTELLER 2Pinda
VERTELLER 1Dat je toch wel vaak werd uitgescholden…
VERTELLER 3Pinda
Chinees
VERTELLER 1Voor pinda bij voorkeur
Of Chinees
Terwijl
Ik ben helemaal geen Chinees…
VERTELLER 3 en 4Vuile Soekarno
Ga terug naar je apenland
Waar je vandaan komt
VERTELLER 1Dat soort dingen…
Stond ik op een dag bij de bakker
Achter mij zo’n vrouw
Zo’n volbloed Hollandse
Met dikke, witte bovenarmen
Zegt ze:
“Ga jij maar achter in de rij staan
Jullie eten toch maar ons brood op hè”
Dus ik ging achteraan staan
Dat timide meisje ben ik niet lang gebleven hoor
Maar toen dus nog wel…
Ik word nog wel eens wakker dat ik denk
Waarom heb ik niet gewoon dat gezegd?!
Zoiets van:
“Beste mevrouw
Ik ben zo blij dat ik nou na al die jaren van honger en ontbering
Hier een bonnetje heb, om brood te kopen
En daar ben ik heel blij mee en dat consumeren we met plezier
Maar als u zegt dat dit uw brood is
Dan lust ik het niet meer
Hier heb je het bonnetje
Geniet ervan en stik erin”
Waarom heb ik dat dan niet gezegd?
Tsja…
Kijk
Ik zal het woord racisme nooit gebruiken
Hardop
Ik denk het wel,
in mijn hoofd
Dat wel hoor
Nog een klein voorbeeldje:
Ik kom de tram binnen
Ga naast zo’n vrouw zitten
Ik zag haar al kijken he
Als die maar niet naast me gaat zitten
Zo heel krampachtig d’r tassie vastpakken
Dus ik zeg tegen die vrouw
“Als u nou links van mij gaat zitten
En ik rechts van u
Dan kunnen we allebei niet bij elkaars portemonnee”
Kijk
Mensen hebben geen humor meer
Ik ben een plaaggeest
Mensen moeten elkaar meer plagen

In mei 2019 speelde de voorstelling ‘Oorlog in Oost – R.O.O.T.S.’ in Amsterdam (regie: Jelle Zijlstra en Nilay Ceber – productiehuis: Plein Theater). Een voorstelling gebaseerd op de verhalen van ouderen uit Nederlands-Indië en jongeren met diverse achtergronden uit Amsterdam.