Het meisje en het vogeltje II

Thema's: Japans krijgsgevangenenkamp, Nederlands-Indië, Soldaten, Voormalige koloniën

Locatie: Nederland, Zutphen

Door: Irene Kriek

Dit verhaal is gebaseerd op de ontmoeting tussen acht jonge Zutphenaren en Hetty, een Indische vrouw die opgroeide in een Japans krijgsgevangenenkamp. Zij vertelde over haar leven in het kamp, en het vogeltje dat haar er doorheen sleepte: Tjoesmai, een klein geel vogeltje dat heel mooi kon zingen. Hetty vond het vogeltje toen ze klein was en wist het steeds bij zich te houden. Gedurende haar hele tijd in het kamp werd Tjoesmai niet ontdekt – op één keer na.

TIP: Deze tekst is samen te lezen met HET MEISJE EN HET VOGELTJE I

PERSONAGESSAM
ROSAN
YOSAN
ROSA
DORA
CATO
PAPILLON
SIMON
(Dit zijn de makers en spelers van het project)

De acteurs staan verspreid over het toneel

ROSANOp deze dag
PAPILLONMoeten we onverwachts op appèl
DORAIk zie ze aankomen
Met hun samoerai zwaarden en petten met van die kleppen
Dat voorspelt niet veel goeds
Ik sta vooraan in de rij

Iedereen gaat snel in de rij staan. ROSA komt met stok als Japanse soldaat naar de groep toe. ROSA roept de Japanse bevelen, de groep voert ze uit

ROSAKiotske

In de houding

ROSAKeree

Buigen

ROSANauree

Opstaan

ROSAJasmee

Op de plaats rust

ROSADan moeten we tellen in het Japans
CATOIetsj
SAMNie
DORASan
ROSANSjie
SIMONGoo
YOSANRok
PAPILLONSchiesjie
CATOHats
SAMKjoe
DORADjuu
en weer buigen
En dan
Ziet hij het vogeltje
Ik ben het vergeten
Zijn hand pakt de vogel en hij loopt weg
ALLENTjoesmai!
DORADe rijen af
Ik kan niet zonder die vogel
YOSANHetty
ROSANHetty nee
PAPILLONZet het uit je hoofd
SAMLaat hem gaan
CATOJe vindt wel een nieuwe vogel
DORAEen nieuwe vogel?!
Nee
Ik verzamel al mijn moed en ga naar het Jappenkantoor
SIMONDat is een hele nare plek
CATO’s Nachts worden daar vrouwen gemarteld
ROSANIk hoor ze gillen als ik ’s avonds in mijn bed lig
YOSANDan kan ik niet meer slapen
ALLENTjoesmai
DORAIk loop het trapje op, stap naar binnen
en daar zit de Japanse soldaat te schrijven aan een tafeltje
ALLENTjoesmai
CATOIk buig diep
DORATabe tuan, sayono burun con bali
CATODat betekent: ‘Dag meneer, ik wil mijn vogeltje terug…’
ROSANEr gebeurt niks, hij kijkt niet op of om
CATOMaar in de kamer erachter
SIMONHeeft Tjoesmai mijn stem gehoord
YOSANHij begint te fluiten
ALLENTjoesmai
SAMIk ren erheen
Hij zit op de leuning van de stoel
Ik pak hem er af en neem hem mee
DORATrimakassi tuan
Wat nu?
Waar moet ik heen?

De groep loopt weg

DORAHij komt vast achter me aan
Ik moet me verstoppen
Anders word ik opgepakt
Verrot geslagen
SAMSnel
ROSANDe wc in
YOSANDeze
PAPILLONDeze wordt toch niet meer gebruikt
SAMHij loopt over van stront en maden
DORAEn ik wacht
tot ik ontdekt word
Ik wacht twee uur…
Er komt niemand
Ik wacht vier uur…
Nog steeds niemand
Ik heb het gered
Ik heb Tjoesmai gered

Alle spelers beelden een tableau uit met Tjoesmai

In 2022 ging de voorstelling ‘Nasi Sudah Menjadi Bubur (De rijst is allang tot pap gekookt)’ in première in Zutphen (regie: Irene Kriek – productiehuis: Woest Oost). Een voorstelling over de Tweede Wereldoorlog in voormalig Nederlands-Indië en de overgang naar de gewelddadige onafhankelijkheidsstrijd die daarop volgde. De voorstelling begon met een klein Indonesisch maal. Geur brengt ons terug naar onze oudste herinneringen…