Dit verhaal is van Martien (1943). Hij werd geboren in een krijgsgevangenenkamp in Jakarta (het vooroorlogse Batavia) en bracht daar de eerste drie jaar van zijn leven door. Na de Japanse bezetting kwam hij met zijn gezin naar Nederland. Maar vanwege de grote werkeloosheid in Nederland besloten zijn ouders na een paar maanden alweer om terug te keren naar Indonesië, waar zijn vader zijn werk weer kon oppakken. Ze kwamen midden in de koloniale oorlog terug. Nadat Indonesië onafhankelijk werd verklaard, emigreerde de familie voorgoed naar Nederland. Daar zag Martien voor het eerst van zijn leven sneeuw en moest hij aardappelen eten in plaats van zijn geliefde rijst. Pas achttien jaar na de oorlog hebben de ouders van Martien het voor elkaar gekregen om alle herinneringen en verhalen over de dingen die Martien en zijn zusjes hebben meegemaakt op te schrijven. Hiervan maakten ze een boek, waardoor Martien op zijn eenentwintigste te weten kwam wat er zich allemaal in die tijd heeft afgespeeld.
PERSONAGES | VERTELLER 1 VERTELLER 2 VERTELLER 3 VERTELLER 4 MARTIEN |
MARTIEN vertelt zijn verhaal aan het publiek. VERTELLER 1, 2, 3 en 4 staan of zitten op de achtergrond te luisteren
MARTIEN | Ik ben in een krijgsgevangenenkamp in Jakarta, het vooroorlogse Java, geboren in het kamp Mijn moeder was hoogzwanger toen we geïnterneerd werden Daar zaten we Met mijn moeder, mijn oma, mijn twee zusjes die een paar jaar ouder waren, en mijn tantes Dus dat was een hele vrouwelijke enclave Logisch, want er werden alleen maar vrouwen in dat kamp opgenomen Ik ben dus twee maanden nadat ze in dat kamp gekomen waren geboren |
VERTELLER 1, 2, 3 en 4 komen bij MARTIEN staan en presenteren hem aan het publiek
VERTELLER 1 | Dit is Martien, een overlevende van een jappenkamp Hij draagt een blauw-geruite blouse Hij heeft wit haar en draagt een bril |
VERTELLER 2 | Van de eerste drie jaar in het kamp herinnert hij zich niks meer Maar zijn moeder gelukkig wel Die hield stiekem een dagboekje bij |
MARTIEN | Dat was verboden Maar op een gegeven moment zaten er vijfentwintigduizend vrouwen en kinderen in dat kamp En dat was voor de bezetting van die paar honderd Japanners natuurlijk niet te doen – om alles te controleren En op die manier heeft zij dus kans gezien om een dagboekje te maken Met name voor mij (lacht) Want ik was het zonnetje in huis |
VERTELLER 2 | Hij vertelt dat zijn moeder alles heel precies bijhield |
MARTIEN | De mensen moesten een paar keer per dag op appèl komen Want die Japanners wilden zeker weten dat er geen mensen kwijt waren En zo konden ze ook bijhouden of er geen mensen overleden waren Want er stierven regelmatig mensen Van de honger of van de uitputting of van de hitte Die appèls die waren heel erg zwaar, omdat die in de volle tropenzon waren Het duurde soms een uur en soms nog langer voordat ze die duizenden vrouwen, vaak met tientallen soldaten, hadden geteld |
VERTELLER 1 | Voor zijn moeder is het vaak heel spannend, met zo’n jochie op appèl Staat ze daar, met alle vrouwen op een rij De zon fel De hitte voelbaar En dan niet bewegen, geen geluid maken En je blik op de horizon Het is al moeilijk zat zonder kind, maar met Martien erbij gewoon onmogelijk Hij stampvoet en blèrt en als de soldaat langskomt scheldt hij hem uit “Kakjapanner!” De soldaat staat stil Kijkt naar Martien en dan naar haar Hij schreeuwt iets in het Japans Wordt ze meegenomen? Maar dan stapt hij alweer door Opgelucht haalt ze adem |
VERTELLER 2 | Martien en zijn familie overleven gelukkig alle appèls en komen heelhuids uit het kamp Maar meer dan zestienduizend geïnterneerden en achtduizend krijgsgevangen overleven de oorlog niet Ook Indische Nederlanders buiten de kampen krijgen het zwaar te verduren Miljoenen Indonesiërs komen om het leven door hongersnood of dwangarbeid in Japanse dienst |
De focus verschuift naar een andere plek in ruimte, bijvoorbeeld door een lichtwissel, of doordat VERTELLER 3 en 4 op een stoel gaan staan
VERTELLER 3 | Ik vind een miljoen altijd zo’n onvoorstelbaar groot getal Ik kan er niets mee |
VERTELLER 4 | Het is een één met zes nullen erachter Eén nul nul nul nul nul nul |
VERTELLER 3 | Ja, maar dat is een getal Het gaat hier om mensenlevens |
VERTELLER 4 | Dat is waar |
VERTELLER 3 | Zoveel mensen die… Die eerst konden praten, net als jij en ik En daarna voor altijd stil werden |
VERTELLER 4 | Ja |
In mei 2020 ging de podcast ‘Terlantar / Ontheemd’ in première (regie: Jasper Vaillant en Pleun Peters – productiehuis: Theater Rotterdam). Dit is één van de alternatieve vormen waarmee Theater Na de Dam tijdens de eerste Covid19-lockdown van 2020 toch doorgang kon vinden.De hele podcast is te beluisteren via https://magazines.theaterrotterdam.nl/theaternadedam/.